Eerbetoon aan honderdvijftig jaar Schunck
Het jaar 1874. Arnold Schunck uit Kettenis bij het Belgische Eupen vestigt zich samen met zijn vrouw en zoon Peter in Heerlen, een stad in opbloei. Wat begon als een bescheiden winkel in stoffen en weefgetouwen, groeide uit tot een begrip in de regio en ver daarbuiten. En nog altijd zichtbaar: het bijzondere Glaspaleis dat familiebedrijf Schunck liet bouwen. Nog altijd een vernieuwende en bruisende plek voor iedereen. En een naam van betekenis.
Door JOS CORTENRAAD | Fotografie SIEM CLERX
Schunck is niet alleen verweven met de geschiedenis van Heerlen, het staat ook symbool voor innovatie, doorzettingsvermogen en cultuur in de hele regio. En dat alweer honderdvijftig jaar. Ter ere van dit bijzondere jubileum heeft Leo Dohmen, achterkleinzoon van Arnold Schunck, een boek geschreven dat de rijke historie van Schunck belicht. ‘Mijn overgrootvader Arnold Schunck vestigde zich honderdvijftig jaar geleden in Heerlen, destijds nog een kleine plaats met een bescheiden economie. Samen met zijn vrouw begon hij een handweverij aan de Willemstraat, waar stoffen en andere benodigdheden werden verkocht. Toen de verkoop van stoffen moeizaam verliep, kwam de familie op het idee om kleermakers in dienst te nemen en kleding te maken. Dat bleek een schot in de roos, want de winkel groeide al snel uit zijn voegen.’
Winkelstad
‘In de jaren twintig van de vorige eeuw groeide Heerlen uit tot het centrum van de mijnindustrie en tot de winkelstad voor de hele regio’, gaat Leo verder. ‘Vanaf 1930 ging het minder met de economie, de zuidkant van het Heerlense marktplein begon een onooglijke hoek te worden. Ondanks de crisis maakte zoon Peter, die Schunck in 1905 had overgenomen, toch plannen voor nieuwbouw om zijn vooruitstrevende ideeën mogelijk te maken. Hij wilde niet meer vanuit stalenboeken verkopen maar de stoffen laten zien en dus liet hij een revolutionair nieuw warenhuis bouwen: het Glaspaleis. Dit gebouw, ontworpen met eenvoud, zakelijkheid en transparantie als kernwaarden, was baanbrekend. Met zijn acht verdiepingen, gedragen door paddenstoelkolommen en met een volledig glazen gevel, werd het al snel een icoon. In de volksmond kreeg het gebouw dan ook snel de naam Glaspaleis.’
Innovatief
Na de Tweede Wereldoorlog bleef Schunck innoveren. ‘Het warenhuis werd een centrum voor bijzondere presentaties en modeshows, waarmee het de inwoners van Heerlen bleef inspireren’, aldus Leo Dohmen.‘Sinds 1960 was het bedrijf in handen van mijn oom Leo en mijn moeder Christine Schunck. Samen met mijn vader Frans Dohmen gingen ze voortvarend verder met de opening van een nieuw groot warenhuis aan de Promenade. Echter, met de sluiting van de mijnen kwam er al snel een periode van economische neergang, waarbij 75 duizend mensen zonder werk kwamen te zitten. Schunck bleef in deze moeilijke jaren een baken van hoop en vooruitgang. Tot door verschillende tegenslagen afscheid genomen moest worden van het Glaspaleis en Christine in 1988 op tachtigjarige leeftijd ook het warenhuis aan de Promenade verkocht aan Louis Verleisdonk. In 1995 kreeg het Glaspaleis de status van Rijksmonument, een erkenning van zijn architectonische en historische waarde. De gemeente Heerlen nam het gebouw onder haar hoede en restaureerde het, waarbij het Glaspaleis zijn oorspronkelijke transparantie en grandeur terugkreeg.’ Vandaag de dag is het gebouw een multidisciplinair cultureel instituut dat onderdak biedt aan onder meer een bibliotheek, dansschool en ontmoetingscentrum. Het is hiermee de huiskamer van Heerlen geworden.
Verbonden geschiedenis
In 1995 kwam er weer een nieuwe fase in de geschiedenis van Schunck, toen het warenhuis aan de Promenade werd overgenomen door de familie Berden. Paul Berden, die zelf in hetzelfde jaar in het familiebedrijf Berden stapte, herinnert zich de overname goed. ‘In die periode werkten we bij Berden al met de drie k’s: kwaliteit, kennis en kunde. Dat sloot perfect aan bij de waarden die Schunck altijd heeft uitgedragen’, vertelt Paul. ‘Het was voor ons een logische stap om in 2002, toen Berden honderd jaar bestond, de naam Schunck voor het Glaspaleis te behouden. We zijn trots dat de familie zo nog steeds een prominente plaats inneemt in Heerlen, terwijl ons warenhuis nu onder de vlag van Berden verder bloeit.’
Partners
De samenwerking tussen Berden en Schunck is nog altijd levendig. Paul Berden benadrukt het belang van samen optrekken. ‘In 1988 zijn we al begonnen met het verkopen van meubels in warenhuis Schunck, in de periode van Louis Verleisdonk. We waren toen al een partner van Schunck, net zoals we nu binnen Berden diverse partners hebben die naast mode en wonen nog veel meer binnen ons warenhuisconcept aanbieden: & meer noemen we deze tak. En dit partnerschap is er nog altijd. We verkopen producten in de cadeaushop van Glaspaleis Schunck; in ons Berden-warenhuis hebben we in de etalage en op de vierde etage aandacht voor dit mooie jubileum.’
Boekpresentatie
Op zaterdag 24 augustus presenteerde Leo Dohmen namelijk zijn boek op de vierde etage van warenhuis Berden bij Boekhandel Dominicanen, waar het boek ook te koop zal zijn. Paul Berden heeft er samen met Kor Bonnema, directeur van Glaspaleis Schunck, en Leo Dohmen een inspirerende presentatie van gemaakt. Leo, die zelf meer dan veertig jaar bij Schunck heeft gewerkt en op de bovenverdieping van het Glaspaleis heeft gewoond, is trots op de erfenis van zijn voorouders. ‘Ik vind het een eer dat de naam nog steeds bestaat’, vertelt Dohmen. ‘Het Glaspaleis is niet zomaar een gebouw, het is een symbool van vooruitgang en cultuur. Mijn boek, getiteld Schunck: Van Onderneming tot Cultuurpaleis, is een eerbetoon aan mijn familie en aan de stad Heerlen.’